Schouders eronder


 

Ik sta bij de bakker in de rij, netjes op anderhalve meter afstand van de heer voor mij, als ik iemands adem in mijn nek voel. Ik draai mij om en zie ik een jonge moeder, kind op de arm, na-puffend van een rit op de bakfiets. Als ik vraag of ze alstublieft afstand wil houden, komt mij dat op een misprijzende blik te staan. “Ach, die Coronaflauwekul. Ik ben er klaar mee, hoor,” zegt ze schouderophalend. Als ik haar beleefd uitleg dat ik voor mijn werk regelmatig bij ouderen en zieken over de vloer kom en dat ik die zo goed mogelijk wil beschermen, zegt ze verontschuldigend: “Tja, daar zit wel wat in maar wen er maar aan, iedereen is er wel klaar mee.”

Het is inderdaad lastig. Het strikte naleven van de maatregelen staat ook zo haaks op hoe wij normaal werken. We voelen ons soms net politieagenten of handhavers. Onze collega’s in de crematoria hanteren een ijzeren corona-discipline, waar niet mee te sollen valt. Want, zo redeneren zij, wij kunnen het ons niet veroorloven ons bedrijf te moeten sluiten omdat mensen weigeren zich aan de regels te houden. En daar zit natuurlijk wat in. Maar Vrouwen van Sereen vaart minstens net zo vaak uit op andere locaties, zoals kerken, tuinen, restaurants of zaaltjes en daar wordt het, naarmate de lock down verder achter ons ligt, steeds lastiger om aanwezigen de veiligheidsregels te laten naleven. Proberen wij dat toch, wordt er vaak geïrriteerd gereageerd: “Waarom moet ik een afspraak maken voor condoleancebezoek? Waarom moet ik mij aanmelden als ik naar de uitvaart kom? Hoezo is de kerk vol? Waarom mogen wij niet aan statafels staan en moeten we allemaal zitten? Hoezo kan ik niet meelopen in de stoet?”

Toch zetten we steeds onze schouders eronder en blijven we er alles aan doen om de uitvaart ‘zo veilig mogelijk’ en volgens de regels te laten verlopen. Want wij zien ze wel. De angstige blikken van de ouderen, van mensen met een zwakke gezondheid of gehandicapten die, ondanks een kwetsbare gezondheid, toch op de uitvaart zijn gekomen. Ze blijven vaak twijfelend achterin of langs de muur staan, afwachtend en drukte vermijdend. Hun handen zorgvuldig ontsmet bij binnenkomst, mondkapje op. Want ze weten: voor hen is Covid-19 nog steeds een reële dreiging. Zij kunnen niet zeggen dat ze klaar zijn met die Coronaflauwekul. En hoe meer mensen de coronaregels aan hun laars lappen, hoe meer zij met hun rug tegen de muur komen te staan. Letterlijk.

Ik houd mijn hart vast. Ik hoor van alle kanten dat er veel mensen toch deelnemen aan een feestje, een zitje of zoiets. Samenkomsten met te veel mensen, te dicht op elkaar. De woorden van onze minister-president, de adviezen van instanties en alle regels houden dat blijkbaar niet tegen. En dan vraag ik mij af, hebben die mensen dan geen ouders op leeftijd? Of geen opa of oma? Of zieke familieleden? Misschien ben ik te pessimistisch en valt het allemaal mee. Hebben de jongeren vooraf hun grootouders allang gebeld met de mededeling dat ze na een feestje de eerste 10 tot 14 dagen niet langs zullen komen.
Gewoon. Uit voorzorg. Misschien, als er een paar het goede voorbeeld geven, dat de ernst van alles weer wordt ingezien. En dat de rest dan volgt. Dat we met z’n allen het tij weer keren. Als een soort van kuddegedrag. Maar dan positief. Ik hoop het zo.


« vorige pagina

Andere Blogs


  08-01-2024   Het allerlaatste stukje
  01-11-2023   De naturapolis
  12-09-2023   Cupcakes
  24-07-2023   It is not easy being green!
  10-05-2023   Dooddoeners
  22-03-2023   Omzien in liefde
  07-02-2023   Laat OMA thuis!
  24-11-2022   Druk met de liefde
  27-10-2022   Groen wordt het nieuwe zwart
  12-07-2022   Resomeren
  31-05-2022   Koppelbed
  02-05-2022   Het Bos der Omarming
  23-03-2022   Controlfreak
  26-01-2022   Verdrietig nieuws
  08-12-2021   Spreken is Goud
  06-10-2021   De juiste woorden
  16-09-2021   Lekker goedkoop
  01-09-2021   David en het steentje
  15-06-2021   Een zeemansgraf
  20-05-2021   Een beetje thuis in de familiekamer